Ieder jaar komen er veel wielerboeken op de markt die gaan over wielrennen in het algemeen waarvan een deel over de Ronde van Frankrijk. Niet zo verwonderlijk als je weet de Tour de France wereldwijd de meeste bekeken wielerwedstrijd is. Verbazingwekkend is het dan ook niet dat er veel boeken geschreven zijn over deze prachtige ronde. Boeken over mythische cols, heroïsche etappes, . . . Hieronder vind een overzicht van de vele boeken over de Ronde van Frankrijk.
We kunnen er niet omheen: er is in de zomer 2021 concurrentie van het allerhoogste niveau voor de Tour de France. Dit wielerevenement zit ingeklemd tussen het Europees Kampioenschap voetbal en de Olympische Zomerspelen.
De Tour tussen twee grote sporttornooien in. Maar de Ronde van Frankrijk blijft, ongeacht alle drukte, een overheerlijk beleg. Iedereen herkent de haat-liefdeverhouding met de Tour de France.
Organisator ASO levert ieder jaar weer een geoliede productie, een wielercircus dat 23 dagen lang als onontkoombare pletwals door Frankrijk trekt.
Maar de Ronde van Frankrijk is een veld vol zonnebloemen én scherpe distels. De Tour de France dicteert alle debatten, en – inderdaad Jean: de Tour stopt voor niets of niemand.
De wereld mag in de houdgreep liggen van het Coronavirus, de Tour is baas boven baas. En iedereen die Parijs haalt, is een held. Verrassingen inbegrepen.
Schrijver Frank Heinen gaat er eens goed voor zitten om het mysterie van de Sloveen Tadej Pogačar te ontrafelen. Bart Jungmann dook in het levensverhaal van zijn ploegleider de Australiër Allan Peiper.
De Mont Ventoux moet in de 108ste Tour twee keer op één dag worden bedwongen. Of dat gezond is?
Bert Wagendorp ontleedt de rol van voormalig arts van de Tour Pierre Dumas op de Mont Ventoux in 1955 en 1967 –
het tragische einde van de Tommy Simpson. Dumas had nog zo gewaarschuwd. Maar je kunt ook aan de voet van de Ventoux sneuvelen: lees Erik Brouwers necrologie
over eenmalig bergkoning Thierry Claveyrolat.
Wie de Tourtragedie ook niet uit de weg ging was de Deen Michael Rasmussen in Nederlandse loondienst. ’s Avonds na de Aubisque in 2007 in het geel,
maar door zijn eigen ploegleider Theo de Rooij uit de Tour gezet,
‘wegens knoeien met whereabouts’. En er was jammer genoeg nog veel meer aan hand, in Rabo-wielerland en verre omstreken. Een voorpublicatie uit het Raboboek van Maarten Kolsloot. Nando Boers voert een mooi,
inhoudelijk en ambitieus gesprek over het beroep van Steven Kruijswijk. Menno Haanstra schrijft deel 6 van Julius en Fabio, waarin de wederwaardigheden van Julius van den Berg worden besproken.
Willie Verhegghe dicht een ode voor het Vlaamse meesterknecht Tim De Clercq. De Tour heeft het eeuwige leven, maar verandert ook zoals dat leven. Deze Tour-Muur laat
zien hoe die evolutie tot stand kwam en wat ons te wachten staat in de toekomst op het gebied van biotech en datatech. Auteur Joost-Jan Kool gaat de boer op en filosofeert honderduit aan de hand van
Yuval Noah Harari’s 21 Levenslessen voor deze eeuw.
En Mark de Bruijn vraagt zich af: hoe hou je het leven in de Ronde van Frankrijk als straks iedereen gelijk is? Heb een fijn zomergevoel bij het lezen van De Muur #73
Tour de France in Bretagne het startsein voor de 108de editie van de Ronde van Frankrijk op zaterdag 26 juni 2021 is in Brest gevolgd door enkele ritten in lijn op Bretons grondgebied. Wie maar enigszins bij de Tour de France is betrokken weet dat Bretagne heilige wielergrond is. Mannen die de Tour mee gestalte hebben gegeven zijn hier opgegroeid. Velen kennen de namen, maar niet de plaatsen van de winnaars: Jean Robic uit Radenac (1947), Louison Bobet uit Saint-Méen-le-Grand (1953, 1954 en 1955) en Bernard Hinault uit Yffiniac (winnaar van 5 edities in 1978, 1979, 1981, 1982, 1985). Hun namen zullen weer in de media, op de radio en televisie worden genoemd. Hun uitzonderlijke wielerprestaties worden in 2021 nog eens belicht. Met dit boek scharen we ons in die rij, maar dan wel als een blijvend verhaal dat tevens een mooi eerbetoon is. De dorpen zijn doorkruist, er is in de regio gefietst en verschillende plekken zijn bezocht op zoek naar de sporen van de grote Bretonse drie. Elk jaar worden aan het geschiedenisboek van de Ronde van Frankrijk nieuwe bladzijden toegevoegd maar het is altijd wel weer eens leuk om een aantal pagina’s terug te slaan en te lezen hoe het allemaal geweest is. Het boek wordt aangevuld met een aantal Bretonse fietsroutes.
Waarom is de gele trui geel en de groene trui groen? Waarom viel uitgerekend Nederlander Wim van Est in 1951 in een ravijn? Wie eindigde vijf keren als 2de in Parijs?
In welke editie werd nummer 5 tot winnaar uitgeroepen omdat de eerste 4 werden gediskwalificeerd? Wie werd destijds opgesloten in een vriescel en wat was de langste rit inde Ronde van Frankrijk ooit?
Welke Tourwinnaar sloeg een concurrent knock-out? Waarom startte de Tour de France in 1954 in Amsterdam?
Waar zagen toeschouwers bepaalde wielrenners de trein nemen? Wie strooide in 1905 maar liefst 125 kilo spijkers over het parcours? Waarom bleef de Belg Maurice De Waele onbekend ondanks zijn 4 prachtige podiumplaatsen?
Het zijn slechts enkele van de duizende feiten, anekdotes en interessante wetenswaardigheden. Een mooie collectie van belangrijke en absoluut onbelangrijke feiten en veronderstellingen.
Nooit was een Ronde van Frankrijk zo spannend als de editie van 1989. Na drie weken koersen over een afstand van 3285 kilometer was het verschil tussen winnaar Greg LeMond en nummer twee Laurent Fignon amper acht seconden. Tijdens de hele Tour hadden de Amerikaan en de Fransman afwisselend het algemeen klassement aangevoerd met slechts één minuut verschil. Dit terwijl niemand de Amerikaan Greg LeMond op voorhand als serieuze kanshebber op de eindzege had gezien: hij kampte nog met de gevolgen van een jachtongeluk en zijn ploeg werd als de zwakste van heel het peloton beschouwd. Hoe slaagde hij erin als een feniks uit zijn as verrijzen en hoe verliep de titanenstrijd precies? Welke psychologische spelletjes werden er gespeeld? Waarom gaf Laurent Fignon op de allerlaatste dag tijdens de allerlaatste kilometers, meters zelfs, zijn voorsprong uit handen? De Engelse sportjournalist en schrijver Nige Tassell geeft antwoord op deze en nog meer vragen. Waarom was grote favoriet de Spanjaard Pedro Delgado na twee dagen al zo goed als kansloos? Hoe belangrijk was de rol van Gert-Jan Theunisse en Steven Rooks? Kon outsider de Nederlander Erik Breukink de gele trui bedreigen? Wie was de beste op de legendarische klim naar L’Alpe d’Huez? En welke adviezen gaf de Belgische ploegleider José De Cauwer zijn kopman LeMond mee? Drie weken, acht seconden is het fascinerende verhaal over deze Tour met veel getuigenissen uit de eerste hand, onder meer van Stephen Roche, Pedro Delgado, Sean Kelly en Greg LeMond.
De sportieve en organisatorische geschiedenis van de Tour de France verteld in twaalf verschillende levensfases. De Tour de France ontstond in 1903 als een succesvolle marketingstunt van een noodlijdende sportkrant. Dankzij het huwelijk tussen sport en commercie is de Ronde van Frankrijk stevig verankerd in de maatschappij en verbonden met het leven zelf. Dit boek beschrijft op een verrassende manier het levensverhaal van het sportspektakel. Veel aandacht is er voor de strijd achter de schermen: de spanningen tussen de belangen van de sponsors, media, renners, wielerteams, toeschouwers, wielerunie en Tourdirecteuren. De wisselwerking tussen deze partijen karakteriseert de levensloop wat resulteert in twaalf fases met kenmerkende thema’s, zoals internationalisering, de ploegentucht en dopinggebruik. Deze kroniek over de organisatie van het grote wielerevenement is rijkelijk gevuld met de vele mythes en anekdotes die vaak te mooi blijken om waar te zijn, maar desondanks hun glans behouden. Uiteraard komt het spannende koersverloop van alle edities in dit levensverhaal aan bod. Alle winnaars van de Ronde van Frankrijk hebben een verhaal; hun opoffering, lijden, pech en heldendom.
Veel grote merken die op zoek zijn naar een alleszeggend logo, zouden er haast alles voor over hebben.
Weinig is zo herkenbaar als het geel, groen en wit met bollen van de Tour de France. Bovendien maken die drie truien de populairste wielerwedstrijd
ter wereld ook zo kleurrijk, naast al die gesponsorde wieleroutfits die jaarlijks weer een andere tint geven aan de bonte stoet wielrenners door het adembenemende landschap van Frankrijk.
Dit boek beschrijft de rijke geschiedenis van de Tour aan de hand van de wielershirts.
Vermaarde ploegen als Festina, PDM, KAS en TI Raleigh zijn voor altijd verbonden aan hoge pieken en diepe dalen. Het heroïeke duel tussen Laurent
Fignon en Greg Lemond, die met een verschil van slechts acht seconden werd beslist in het voordeel van de Amerikaan, was ook een gevecht tussen Système U met ploegleider Cyrille Guimard
en ADR met ploegleider José De Cauwer.
De Spanjaard Miguel Indurain reed altijd met Banesto op de rug, de Italiaan Claudio Chiappucci is voor eeuwig verbonden met Carrera en Erik Breukink vooral met ONCE.
Jan Ullrich herinnert iedere wielerliefhebber zich het liefst in het mooie lichtgroene shirt van Bianchi, terwijl de Duitser toch het grootste gedeelte van zijn loopbaan rondreed in het magenta-wit
van T-Mobile. Fabio Casartelli stierf in het roodblauwe kleuren van Motorola en de meervoudige Tourwinnaars Eddy Merckx en Chris Froome staan voor altijd voor Molteni en Sky.
Claude Droussent was decennialang actief als journalist en leidinggevende bij onder andere Le Parisien, L'Équipe en Vélo. De Fransman is vergroeid met het wielrennen en
schrijft tegenwoordig ook voor de Amerikaanse nieuwssite The Huffington Post.